Onschulidige foto


Het zonnetje schijnt!

Een welkome start van deze dag!

Ik besluit al fotograferend naar het dorp verderop te wandelen om daar gezellig met mezelf een visje te eten. De weilanden liggen er frisgroen bij. De koeien staan te grazen. De kikkers weten hun beste brul ten gehore te brengen. De dijken aan de horizon geven mij het vertrouwde gevoel van veiligheid tegen de zee die er achter ligt. Alleen een molen ontbreekt nog in dit Hollandse landschap.

Al kuierend kom ik bij een boerderij waar mijn wandelpad dwars over het erf heen loopt. Aan de ene kant is het pad afgezet met prikkeldraad en aan de andere kant ligt het terrein open. Daar bevinden zich de boerderij en stallen. Ik kan er zo naar binnen lopen als ik dat zou willen. Het leven is hier nog gebouwd op goed vertrouwen, mijmer ik in de stilte. 

Op enige afstand gebaart een boer mij om breeduit op het pad te blijven staan. Hij is een aantal drachtige koeien naar de stal aan het begeleiden opdat ze in een veilige haven kunnen kalveren. Hij kan kennelijk wat hulp gebruiken. 

Ik ben een grote fan van deze meiden. Ze hebben prachtige warme zwartbruine ogen en zijn de rust zelve. Alleen in het voorjaar gedragen ze zich door het dolle heen als ze, na een lange winter op stal, weer voor de eerste keer op het land mogen grazen. Ze zijn gek op gras, want ze laten het zich iedere dag opnieuw smaken. Ze draaien hun tong om een polletje, trekken het met een slingerbeweging van de tong los van de wortels waarna ze het smakkend opeten. Vervolgens nemen ze een rustpauze in elkaars nabijheid om het gras te herkauwen. Een genot om naar te kijken ... en naar te luisteren ook.

Het is dan ook een onverwacht cadeautje om dit tafereel mee te maken. Ik ga breeduit met gespreide armen op het weggetje staan. Dat voelt voor mij wel een beetje vreemd aan, maar de dames trekken zich er niets van aan. Ze lopen heel rustig langs me in colonne richting stal.

Nieuwsgierig komt een andere kudde dichterbij. Ze begrijpen kennelijk wat er gaande is, want de drachtige meisjes worden door hen onder hartstochtelijk geloei naar de stallen geleide gedaan. Alsof ze hun zusters moed en succes toewensen bij het kalveren.

Ik kijk om mij heen naar het volle boerenleven. Er hangen vermolmde borden op het erf die de kracht van echte melk aanprijzen. Ik zie oude schuren met half vergane, door de tijd weggeteerde deuren. Paarden, ganzen, kippen, een trotse pauw, evenals de opslag van hooi en wortelgewassen overdekt met zwart plastic dat verzwaard is met autobanden. Verderop staan enkele oude bouwketen te koop. Her en der bevinden zich landbouwmachines die rusttijd wordt gegund onder het blauwe wolkendek. De geur van koeienstront vind ik herkenbaar vertrouwd, net als de deels opgedroogde vlaaien die mijn wandeltocht veranderen tot een ware danspartij.

Ik ben helemaal in de stemming om dit unieke landschap met behulp van een bepaalde fototechniek vast te leggen. Door lange sluitertijden te gebruiken ontstaan dromerige beelden met vage contouren. Dit vergt mijn volle aandacht. Als ik enige tijd sta te fotograferen haalt een zware mannenstem mij pardoes uit mijn betovering. Als een kat spring ik in de lucht van schrik. Als ik omkijk zie ik op ooghoogte felgele strepen met een geel embleem op borsthoogte van de stem: politie! 

Een boomlange politieman in vol ornaat vraagt me vriendelijk: 'Mevrouw, als ik vragen mag, wat staat u te fotograferen?' De aantrekkelijk gespierde man is gestoken in een sportief politie-uniform. Zijn ogen staan helder. De levensenergie spat van hem af.

Bekomen van de schrik leg ik uit dat het fotograferen van Hollandse landschappen mij lief is. Dat probeer ik op een zo’n kunstige manier te doen waardoor het landschap vaak niet meer te herkennen is. Hij geeft aan dat hij kunstkenner noch liefhebber is, maar dat het fotograferen 'niet zomaar kan’. 

'Als u niet oppast komt u nog terecht in een daderprofiel', legt hij uit.

Voor mijn geestesoog zie ik rechercheurs met grote whiteboards en glazen panelen waarop verdachten, situaties en foto's zijn aangebracht en aan elkaar gelinkt. Ook zie ik ineens het verband met mij. Ik herinner me het nieuws waarin gewag werd gemaakt van dievenbendes die het gemunt hebben op landbouwmachines. Hij bevestigt mijn vermoeden. Alles en iedereen die deze machines fotografeert is verdacht. Ze kunnen uiteraard niet zien dat ik dromerige, onscherpe foto's aan het maken ben. 

Ik begrijp de zorg. Het wordt mij dan ook duidelijk dat er beeldopnamen van mij zijn gemaakt met alle camera's die de boerderij rijk is. Als er iets van de boerderij gestolen wordt, kom ik tevoorschijn in het daderprofiel. Het advies is dan ook: meld je bij iemand op het erf voordat je gaat fotograferen. Dat voorkomt misverstanden. Wat een ontspannen hobby is, begint steeds meer op een georganiseerde klus te lijken. Weten wat je waar doet, waarom, waartoe en ook wie je er bij betrekt en/of informeert.

Tijdens de rest van de dag hoor ik de echo van het gesprek in mijn achterhoofd. Al die vage foto's die ik maak van boten, visnetten, bruggen en sluizen, zijn wellicht zo onschuldig nog niet. Ongewild schend ik daarbij mogelijk privacyregels, wetgeving, of auteursrechten van architecten en kunstenaars. Mogelijk heb ik zelfs iets gefotografeerd dat inmiddels gestolen ís. Met een beetje pech bestaat zelfs de kans dat ik als een duveltje uit een doosje tevoorschijn kom in zo'n daderprofiel. Zo onschuldig is mijn onwetende onschuld dan niet meer.


IMG 1233







©: 2019 cathinka de vries