Riviertje De Nied



Het water in het riviertje De Nied is groen en bijna ondoorzichtig.

Menig eend heeft hier zijn thuis. Al kwakend zwemmen ze alleen of in groepjes heen en weer. Vanaf de overkant nemen honden regelmatig een duik in het zacht stromend water aangemoedigd door hun baasje die een stok voor ze in het water gooit. Een waterrat zwemt geregeld binnen de grenzen van zijn terrein om zich daarna terug te trekken in zijn optrekje in de rotsen aan de overkant. Kleine en ook grote vissen van wel vijftig centimeter zwemmen erin. Die grote vissen zie je pas als ze vlak aan het wateroppervlak hun zwarte lijven tonen. En nog net te zien vanaf de oevers zijn de grote bladeren van waterplanten die zich ook genesteld hebben in deze rivier. 


Ik ga er zeker weten niet in zwemmen.

Voor mij is het geen aanlokkelijk vooruitzicht om de zachte modderige aarde tussen mijn tenen te voelen en de kleine of grote vissen, de waterrat of de waterplanten om mijn lijf en tegen mijn benen aan te voelen. En dan heb je nog het onzichtbare dat zich aan het oog onttrekt. Er bevindt zich vast poepbacterie in het water na deze lange uitzonderlijk warme zomer. 

Mij niet gezien.


Maar daar denken veel mensen anders over. Bij de hoge temperaturen van ook deze week is voor hen afkoeling in het riviertje meer dan verleidelijk.

Vanaf de camping aan deze kant van De Nied, maar ook vanaf de overkant nemen mensen geregeld een verfrissende duik in het water. Veelal eerst langzaam wadend vanaf de zijkant waar het ondiep is, nemen ze de rivier zoals het is met alles erop en eraan. En dan begint het grote genieten met af en toe wellustige kreunen van genot.


Er komen ook plastiek opblaasbare kano’s langs. Soms met twee mensen waarvan de voorste de benen wijdbeens overboord laat hangen in het water. En sporadisch trekt iemand een waterval aan woorden achter zich aan. Het licht klotsende geluid van roeispanen op water laat zo iemand zomaar aan zich voorbij gaan.


De Nied is ook een belangrijk sociaal trefpunt hier in het dorp. 

Er staat maar één bankje aan de overkant. Net als poezen die het ritme van de andere viervoeters in een plaats kennen zodat ze die kunnen mijden tijdens hun eigen strooptochten, zo lijkt het ook te gaan bij het druk bezocht bankje. Op een wonderlijke manier ontlopen de bezoekers elkaar. 

Het bankje voldoet aan de wensen van eenieder: de vriendinnen die er wel een uur heerlijk bijpraten met elkaar, stelletjes die genoeg hebben aan elkaars armen en lijven, bejaarden die gewoon even zitten om het zitten, maar ook de alleengaanden, hondenbezitters en  fietsers die het alleen-zijn voor heel even achter zich laten om te bellen met het thuisfront of om de smartphone te scannen op berichten voordat de tocht wordt voortgezet. Ook is er die vreemde eend in de bijt die vanaf de bank luidkeels de demonen en spoken in zijn hoofd probeert te bezweren.


Het is een komen en gaan aan De Nied. Op deze vierkante millimeter aardbol stroomt het doodgewone alledaagse leven in, door, naast en op het water. En dat te ‘lezen’ is thans leuker dan een goed boek.



©: 2019 cathinka de vries